TILBURGSE WORSTENBROODJES
Nodig: 250 g bloem, 35 g boter zacht, 10 g gist, 1 1/4 dl melk lauwwarm, zout, 200 g gehakt h.o.h, 2 kleine eieren, ½ zakje gehaktkruiden.
De bloem zeven. De boter heel zacht roeren. De gist oplossen in de lauw- warme melk. De boter, het opgeloste eist en wat zout in een kuiltje bij de bloem schenken en vanuit het midden de bloem erbij roeren. Het deeg soepel kneden en op een warme plaats 1 uur laten rijzen. Het gehakt mengen met een ei en de kruiden. Het deeg op een, met weinig bloem bestrooid, werkvlak uitrollen tot een rechte lap met een dikte van ½ cm en een breedte van 25 cm. De lap in de lengte doormidden snijden en in de breedte in reepjes van 6 cm snijden. Van het gehakt zoveel rolletjes vormen als er plakjes deeg zijn. Op ieder lap je een rolletje gehakt leggen, het deeg erom vouwen en de naad en zijkanten wat aandrukken. De broodjes met de naad beneden op een ingevette bakplaat leggen en met losgeroerd ei bestrijken. De broodjes een half uur laten narijzen in de oven. Ze daarna in 30 minuten gaar en lichtbruin bakken in een warme oven 150-175°C.